G.J. Dukker
Het betreft hier het hoekpand Postelstraat-Stoofstraat, bestaande uit begane grond, verdieping en grote kap. In de huidige plattegrond is nog duidelijk te zien dat het achterste deel van het pand oorspronkelijk een op de Stoofstraat georiënteerd perceel is geweest. Het voorste deel daarentegen bestaat in aanleg uit twee naast elkaar gelegen percelen haaks op de Postelstraat. De ruimte van het voormalige linker pand van het voorste deel ontvangt licht door twee in de voorgevel
| 2 |
opgenomen 8-ruits schuiframen, met oude (vroeg 19e-eeuwse) binnenluiken met een bij de ramen passende verdeling van vier vakken. Evenals vele andere ruimten is het plafond hier afgetimmerd met moderne houten planken. Desondanks is aan niveauverschillen in deze betimmering nog te zien dat in dit gedeelte van het huis een samengestelde balklaag aanwezig is. Deze balklaag is hoogstwaarschijnlijk nog van middeleeuwse oorsprong. In het voormalige rechter pand van de voorste deel zijn ook kantoren ondergebracht. Ook is een over de volle diepte van het voorste deel lopende middengang aanwezig. Deze gang, met niet meer functionerende voordeur in het midden van de gevel aan de Postelstraat is in gebruik als bergruimte. Alle vensters bezitten 8-ruits schuiframen met vroeg 19e-eeuwse binnenluiken.
De meest waardevolle ruimten van het complex bevinden zich in de kantoren van het op de Stoofstraat georiënteerde perceel. Aan de buitenzijde is het metselwerk van dit pand geheel beklampt. Het venster dat uitziet op de Stoofstraat bezit een 8-ruits schuifraam met vroeg l9de-eeuwse binnenluiken. De beide vensters in de lange zijmuur zijn pas ingebroken toen het buurpand werd gesloopt. Het meest belangwekkende onderdeel van deze ruimte wordt gevormd door de zeer fraaie en rijk uitgevoerde samengestelde balklaag van moer- en kinderbinten. De moerbalken zijn voorzien van peerkraalsleutelstukken met gutswerk en rozetten en worden ondersteund door eveneens met een peerkraal versierde zandstenen consoles. Het geheel dateert uit de tweede helft van de 15e eeuw. Vermoedelijk waren er oorspronkelijk 4½ vakken. Plaatselijk is in de 17e of 18e eeuw een met ojief versierde ondersteuningsslof aangebracht. De kinderbinten zijn plaatselijk vernieuwd, doch stammen voor het merendeel nog uit de bouwtijd.
SamenvattingHet pand heeft een gevel die in opzet dateert uit het begin van de 19e eeuw, hoewel met name aan de Stoofstraat in de tweede helft van deze eeuw grote delen van het metselwerk zijn voorzien van een klamp. Het gedeelte van het pand dat georiënteerd is op de Postelstraat bezit inwendig geen zichtbare historische structuren, maar achter de verlaagde plafonds zijn de oude middeleeuwse balklagen van moer- en kinderbinten op beide niveaus nog bewaard gebleven.Het gedeelte dat op de Stoofstraat is georiënteerd gaat qua opzet nog terug tot in de tweede helft van de 15e eeuw en bezit zeer fraaie en rijk geprofileerde balklagen. De kap loopt over het totale oppervlak van het perceel en stamt uit de zelfde tijd als de gevels (begin XIX). Wel zijn er enkele hergebruikte elementen uit de 16e eeuw verwerkt. | 3 |
| 44 |
Breed herenhuis met lijstgevels waarin Empire schuiframen. Rond 1800. |
Op 31 maart 1967 O.K.N. 134.648 werd vergunning verleend tot het verbouwen van de panden Postelstraat 45, 47 en 49. Voordeuren in 45 en 47 handhaven evenals gotische balklagen in 45. |
1875 | mr. P.C. Ledeboer (griffier bij het kantonrecht) |
1881 | H. Vermeulen (wijnhandelaar) - mevr. wed. G.B.J.H. Vermeulen (partikuliere) |
1908 | E. de Winter (manufacturier) - wed. J. de Winter (in manufacturen) |
1910 | E. de Winter (manufacturier) - wed. J. de Winter (grossier in manufacturen) |
1928 | fa. wed. S. de Winter |
1943 | fa. wed. I. de Winter (handel in manufacturen) |
Hans Boselie en Peter-Jan van der Heijden, Bossche monumenten in beeld (1975) 77